Keuzestress

Keuzestress

“Ik kreeg van alle kanten het advies om een lange lijn voor Chico te kopen, want dan kan hij zelf keuzes maken. Dat zou goed zijn voor zijn zelfvertrouwen.”
“Ja…?”, reageer ik uitnodigend, want ongetwijfeld komt er een ‘maar’.
“Nou, het werkt voor geen meter. Ik heb nu helemaal geen contact meer met hem. Hij gaat volledig zijn eigen gang. Hij blaft steeds meer naar andere honden. Laatst pakte hij bijna een fietser die achter hem langs reed toen hij stond te snuffelen. Nu zeggen mensen weer dat ik hem juist kort moet houden… Ik weet het niet meer…”

Mensen geven je advies. Ze gaan uit van hun eigen ervaringen, willen helpen. Allemaal harstikke goed bedoeld. Of je leest op Facebook succesverhalen. Jij hopt van de ene naar de andere manier. Je probeert. Gaat aan jezelf twijfelen. Waarom werkt het bij hun wel en bij mij niet? Omdat jij jij bent en Chico Chico is. We zien vaak door de bomen het bos niet meer met als gevolg dat je steeds meer vanuit je hoofd gaat trainen. In de lastige situaties raken we dat mooie lijntje kwijt, de verbinding tussen jou en je hond. Jij zit in je eigen emotionele belevingswereld, Chico ook. Wat voor anderen en hun hond goed werkt, hoeft voor jou en jouw hond niet per definitie ook te werken.

Neem nu JB. Toen hij bij me kwam, liet hij hevig uitvalgedrag zien naar honden, wandelaars, joggers, fietsers, auto’s. Eigenlijk naar alles wat in beeld kwam en bewoog. Wat was er met hem aan de hand? JB is een hond die niet snel laat zien dat het hem teveel is. Hij gaat door, ziet er blij uit, heeft er lol in, wil altijd mee, staat met zijn neus vooraan. Hij regelt het allemaal wel. Logisch, want als je dat vanaf je vierde week hebt moeten doen, weet je niet beter.
Hij leek de vrijheid nodig te hebben, rennen, actie. Dus hup aan de vijfmeterlijn. Dan begrens je hem (kan niet wegrennen) en kan hij toch lekker rennen en snuffelen. Hij krijgt de controle en dat helpt voor zijn zelfvertrouwen. Niet dus. Die vijf meter was al teveel voor hem. Hij liep altijd aan het uiteinde, alert, alles ziend, knettergespannen. Dus kortere lijn: minder ruimte, minder keuzes, minder controle. Hij kon namelijk helemaal niet met al die keuzes omgaan, laat staan dat hij er controle over had. Zijn leerproces zat in het zich bewust worden van mij, ons samen-zijn. Vandaaruit kon hij stapjes gaan maken naar het steviger op zijn pootjes staan, want de wereld werd rustiger, beter behapbaar. De grenzen die werden aangegeven, gaven hem duidelijkheid en veiligheid.

Dan Loeki, een volledig andere aanpak. Toen zij bij me kwam, was ze doodsbang voor alles en iedereen. Bij haar ben ik ook begonnen met de vijfmeterlijn. Zij durfde namelijk niet vooruit, ze bleef uit zichzelf vlak bij me, dat was haar houvast. Ze maakte geen keuzes, wachtte af, was zichtbaar angstig en erg onzeker. Haar de ruimte geven, niets van haar vragen, heeft haar juist geholpen om steviger op haar pootjes te staan. Ze ging voorzichtig keuzes maken en ik volgde haar. Dat waren goede keuzes, veilige keuzes, doordachte keuzes. JB maakt geen doordachte keuzes, die gaat gewoon. Hoppa! Zelfs als hij moet terugkomen en er zitten greppels en prikstruiken tussen, dan duikt hij daar vol in.

Vaak hoor ik dat de hond in huis helemaal oké is en zijn baasje volledig vertrouwt, maar dat hiervan buiten niets of weinig valt te merken. Logisch, want buiten dreigt hij te verzuipen in al die prikkels en bedreigingen, en heeft hij geleerd hard watertrappend zijn hoofd boven water te houden. Dat zijn lastige momenten, wanneer je niet weet hoe je hem kan bereiken. Dan krijg je pijn in je lijf, voel je verdriet, ervaar je frustratie en wanhoop.
De een zegt dat je met een lange lijn moet lopen en hem moet laten snuffelen, zodat hij informatie kan vergaren en ontspannen. Een ander zegt dat je hem strak naast je moet houden. Weer een ander zegt dat op de momenten wanneer hij naar je kijkt je direct “Yes” moet zegen en dit beloont met lekkers. Nog een ander zweert bij klikkertraining en koekjes. En de volgende houdt het op koekjes rondstrooien in het gras als de hond gefocust raakt.

Iedere hond is anders, reageert anders. Ga je hond observeren, bij de eerste stap buiten. Loopt hij lekker mee of is hij meteen ‘aan’? Snuffelt hij veel of alleen op bepaalde plekjes? Wordt hij na snuffelen meer opgewonden of rustiger? Trekt hij je mee of zijn er ook stukken dat hij niet trekt? Is er dan contact? Wat gebeurt er als je hem dichter bij je laat lopen? Hoe reageert hij op andere honden, wanneer, blaft hij meteen, of bouwt het op? Raakt hij opgewonden bij het geven van koekjes onderweg of helpt het hem om rustiger te worden? Ontdek zijn wereld. Zijn emotie achter het gedrag. Net zoals wij mensen reageren honden in voor hun lastige situaties vanuit een emotie. Die emotie verzachten, dat is waar het om gaat. Wat heeft hij nodig om anders met de situatie om te kunnen gaan. Dat is een proces, een prachtig proces, waarin je samen leert, opbouwt, soms even terug stapt, om weer een volgende stap te zetten.

Vind je het lastig om te zien wat jouw hond nodig heeft, vraag dan hulp aan een deskundige die een op een begeleidt en je helpt jouw hond beter te lezen. Help jezelf en je hond, dat verdienen jullie.