Ik ben moe, zo moe..
Ik ben ook bang…
Je nam me in huis,
en ze hadden je verteld dat ik goed ben met kinderen, met katten.
Dat ik al goed aan de riem kan lopen,
en andere mensen vrolijk begroet.
Best wel een tijdje alleen kan zijn.
Ik kwam in je huis.
En de eerste 2 dagen had ik zo’n plezier met je kinderen.
We gingen wandelen in de bossen.
Oh wat rook ik veel andere geuren.
In het weekend kwam er bezoek,
aardige mensen.
En ze hadden hun kinderen mee.
Ik werd zo veel aangeraakt,
en ik wilde meespelen, met alles meedoen…
Het werd me even wat veel.
Ik moest alles verwerken.
Een nacht slapen was niet genoeg.
De volgende dag moesten jullie allemaal even weg,
en was ik een tijdje alleen in dat nieuwe huis.
Dan zou ik lekker kunnen uitslapen.
Maar ik was bang, begreep niet waar jullie waren.
Ik hoorde vreemde geluiden,
Bleef heel stil liggen, maar hoorde je niet…
Twee dagen later kwamen er leuke vriendjes over de vloer.
Ik had ze nog niet ontmoet.
Ja we gingen met balletjes gooien,
mijn favoriete spel
Ik was hoteldebotel, wat een lol hadden we.
De volgende dag gingen we ergens wandelen, in een nieuw bos.
Wat heerlijk, wat een geuren.
Ik kreeg een lange lijn, dan kon ik heen en weer racen.
Lekker met de kinderen meerennen.
Later op de avond voelde ik me moe,
maar ook hyper.
Ik kon moeilijk slapen.
De volgende middag kwam er een vriendje die me wilde aaien,
maar ik was kapot.
Alles vloog me aan.
Ik gromde even, omdat het me te veel werd.
Ik voelde me bedreigd.
Voelde me niet helemaal veilig.
Wilde rust.
En nu ben ik hier terug.
Ik ben in de war.
Vinden jullie mij niet leuk?
Wat heb ik verkeerd gedaan?
De hond
Ps. Hond op de foto staat symbool voor alle honden waarover dit gedicht gaat.